De dood en de Boerderij
17 februari 2005
Nederlands Dagblad – 17 februari 2005 – door onze redacteur Ruurd Ubels
Veel lezers van deze krant zullen het weekblad niet kennen, maar wat het Nederlands Dagblad is voor veel abonnees, is de Boerderij voor agrariërs: een intensief gelezen lijfblad. Maar de redactie van het weekblad heeft een probleem met een deel van z’n lezers. Beter gezegd: met een aantal orthodox-gereformeerde lezers.
Ze hebben de afgelopen weken de Boerderij bestookt met telefoontjes, brieven en mailtjes naar aanleiding van twee afleveringen van het humoristische stripverhaal Opa. De ene aflevering ging over de dood, in de andere (eentje over het kerstverhaal) werden ambtenaren van de controledienst AID aangezien voor farizeeërs.
“Boerderij was in het verleden een redelijk christelijk blad dat met de gevoelens van de lezers rekening hield. Nu lijkt het erop dat alles wordt gedaan om de laatste christelijke waarden belachelijk te maken”, aldus een teleurgestelde lezer in het weekblad.
In de uitgave van deze week besteedt de Boerderij twee volle pagina’s aan de kwestie. Twee lezers mogen vertellen waarom ze boos zijn. “Spotten met de dood kan absoluut niet. De dood is een verschrikking. Grapjes daarover kunnen echt niet. Ik zag het als mijn plicht dat te melden”, aldus een gepensioneerde melkveehouder, lid van de Gereformeerde Gemeente in Nederland.
“Binnen de redactie is met verbazing gereageerd op de kritiek van de lezers”, zegt chef-redacteur Leo Tholhuijsen. Er is onbekendheid met het feit dat bepaalde zaken voor sommige lezers zeer gevoelig liggen. “Een enkeling op de redactie dacht zelfs dat we door lezers in de maling werden genomen.”
In het artikel in de Boerderij krijgen de critici het woord en leggen twee theologen uit wat orthodox-gereformeerden beweegt. Maar de redactie biedt geen verontschuldigingen aan voor de gewraakte strips. De tekenaar van Opa heeft dan ook niet te horen gekregen dat hij zijn stijl moet veranderen, zegt Tholhuijsen. “Hij moet gewoon blijven tekenen zoals hij doet. Met inachtneming wat er leeft, dat wel.”
De ‘affaire’ ligt voor de Boerderij extra gevoelig, omdat het percentage kerkgangers onder agrariërs van oudsher hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Anders gezegd: het blad zal een relatief hoog percentage gelovige lezers tellen, terwijl het zelf geen specifiek christelijke signatuur heeft. Dat kan wringen.
Tholhuijsen realiseert zich dat. “We krijgen wel eens kritiek van gelovigen die weinig tijdschriften meer in huis hebben, maar hun abonnement op ons blad nog altijd hebben aangehouden. Dan zeggen ze: van de Boerderij kunnen we nu ook niet meer op aan.”
De chef-redacteur tekent aan, dat zijn redactie het nooit elke lezer “naar de zin” kan maken. “Ooit werd in Opa een huiskamer afgebeeld met een tv-toestel. Daar protesteerden lezers tegen. Nou, daar kunnen we geen rekening mee houden.”
De dood en de Boerderij
17 februari 2005
Nederlands Dagblad – 17 februari 2005 – door onze redacteur Ruurd Ubels
Veel lezers van deze krant zullen het weekblad niet kennen, maar wat het Nederlands Dagblad is voor veel abonnees, is de Boerderij voor agrariërs: een intensief gelezen lijfblad. Maar de redactie van het weekblad heeft een probleem met een deel van z’n lezers. Beter gezegd: met een aantal orthodox-gereformeerde lezers.
Ze hebben de afgelopen weken de Boerderij bestookt met telefoontjes, brieven en mailtjes naar aanleiding van twee afleveringen van het humoristische stripverhaal Opa. De ene aflevering ging over de dood, in de andere (eentje over het kerstverhaal) werden ambtenaren van de controledienst AID aangezien voor farizeeërs.
“Boerderij was in het verleden een redelijk christelijk blad dat met de gevoelens van de lezers rekening hield. Nu lijkt het erop dat alles wordt gedaan om de laatste christelijke waarden belachelijk te maken”, aldus een teleurgestelde lezer in het weekblad.
In de uitgave van deze week besteedt de Boerderij twee volle pagina’s aan de kwestie. Twee lezers mogen vertellen waarom ze boos zijn. “Spotten met de dood kan absoluut niet. De dood is een verschrikking. Grapjes daarover kunnen echt niet. Ik zag het als mijn plicht dat te melden”, aldus een gepensioneerde melkveehouder, lid van de Gereformeerde Gemeente in Nederland.
“Binnen de redactie is met verbazing gereageerd op de kritiek van de lezers”, zegt chef-redacteur Leo Tholhuijsen. Er is onbekendheid met het feit dat bepaalde zaken voor sommige lezers zeer gevoelig liggen. “Een enkeling op de redactie dacht zelfs dat we door lezers in de maling werden genomen.”
In het artikel in de Boerderij krijgen de critici het woord en leggen twee theologen uit wat orthodox-gereformeerden beweegt. Maar de redactie biedt geen verontschuldigingen aan voor de gewraakte strips. De tekenaar van Opa heeft dan ook niet te horen gekregen dat hij zijn stijl moet veranderen, zegt Tholhuijsen. “Hij moet gewoon blijven tekenen zoals hij doet. Met inachtneming wat er leeft, dat wel.”
De ‘affaire’ ligt voor de Boerderij extra gevoelig, omdat het percentage kerkgangers onder agrariërs van oudsher hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Anders gezegd: het blad zal een relatief hoog percentage gelovige lezers tellen, terwijl het zelf geen specifiek christelijke signatuur heeft. Dat kan wringen.
Tholhuijsen realiseert zich dat. “We krijgen wel eens kritiek van gelovigen die weinig tijdschriften meer in huis hebben, maar hun abonnement op ons blad nog altijd hebben aangehouden. Dan zeggen ze: van de Boerderij kunnen we nu ook niet meer op aan.”
De chef-redacteur tekent aan, dat zijn redactie het nooit elke lezer “naar de zin” kan maken. “Ooit werd in Opa een huiskamer afgebeeld met een tv-toestel. Daar protesteerden lezers tegen. Nou, daar kunnen we geen rekening mee houden.”